Arbobeleid
Arbozorg/ Beleid
Iedere werkgever is verplicht om een goed arbobeleid voor optimale arbeidsomstandigheden te voeren. Een verplicht onderdeel daarin is het opstellen van een risico-inventarisatie en -evaluatie. En ook het vaststellen van een plan van aanpak bij gezondheidsrisico’s binnen het bedrijf. Daarbij is de werkgever verplicht om zijn werknemers goed voor te lichten over de risico’s. Voor ondersteuning bij het arbobeleid hebben werkgevers de vrijheid om te kiezen uit een arbodienst of een arbodeskundige. Er moet altijd een contract met een gecertificeerd bedrijfsarts worden afgesloten.
Arbowetgeving
De arbowetgeving bestaat uit zogeheten doelvoorschriften, die zijn gekoppeld aan duidelijke wetenschappelijk onderbouwde normen en grenswaarden. De doelvoorschriften geven het gewenste resultaat aan. Bijvoorbeeld: “Boven 80 decibel moet de werkgever zijn werknemers voorlichten en zorgen dat zij over de juiste gehoorbescherming beschikken”. Werkgevers en werknemers bepalen vervolgens zelf hoe zij aan deze resultaten willen voldoen.
De doelvoorschriften staan in:
- de Arbeidsomstandighedenwet (Arbowet). De Arbowet bevat de algemene rechten en plichten voor werkgevers en werknemers;
- het Arbeidsomstandighedenbesluit (Arbobesluit). Het Arbobesluit is een uitwerking van de Arbowet en bevat concrete arbovoorschriften ingedeeld naar onderwerp, bijvoorbeeld beeldschermwerk, lawaai of gevaarlijke stoffen, die voor alle werknemers en sectoren gelden. Van de 400 bepalingen vloeit 90% rechtstreeks voort uit EG-richtlijnen.
- de Arbeidsomstandighedenregeling (Arboregeling). De Arboregeling bestaat uit zogenaamde delegatiebepalingen, of nadere regelgeving, die per ministeriële regeling zijn vastgesteld. De Arboregeling volgt dezelfde structuur als het Arbobesluit;
- Arbobeleidsregels. De meeste zijn per 1 januari 2011 ingetrokken
Arbobeleid Agressie en geweld
De risico's
Als medewerker in de gehandicaptenzorg loop je het risico geconfronteerd te worden met agressie en geweld. Des te meer als je alleen op stap bent of alleen op een groep staat. Dat betekent niet per se dat werken in de gehandicaptenzorg onveilig is, maar veilig werken gaat niet vanzelf. Je moet de risico's kennen, weten waarop je moet letten en wat je kunt doen om je eigen veiligheid en die van je collega's te bewaken.
Visie
Veilig werken is een gedeelde verantwoordelijkheid van het management*, de leidinggevende en jezelf. Het management moet veiligheidsbeleid en randvoorwaarden voor veilig werken creëren. De leidinggevende vertaalt dit beleid naar werkafspraken en signaleert als voldoende kader ontbreekt. Als ambulante begeleider ben je binnen dit gegeven kader zelf verantwoordelijk voor je eigen veiligheid. Daarom moet je beschikken over de juiste kennis, houding en vaardigheden. Op deze website staat wat je moet doen, en wat je nodig hebt, om veilig te kunnen werken.
Onder agressie & geweld verstaan we:
"Het bewust of onbewust, verbaal of non-verbaal uiten, gebruiken van fysieke kracht of macht, of het dreigen daarmee, gericht tegen een medewerker, onder omstandigheden die rechtstreeks verband houden met het werk, wat resulteert of waarschijnlijk zal resulteren in een gevoel van bedreiging, psychische schade, materiële schade, letsel of de dood tengevolge hebbende."
Agressief gedrag, jegens een medewerker, kan voor komen bij cliënten, diens familie en vrienden, huisgenoten, buurtbewoners, omstanders en collega's.
De Arbeidsomstandighedenwet
Het is de bedoeling van de wetgever, dat de Arbo-wet zich beperkt tot het formuleren van doelbepalingen. Voorbeelden van doelbepalingen zijn:
|
Doelvoorschriften in de Arbo-wet |
Artikel 3. lid 1. |
De werkgever zorgt voor de veiligheid en de gezondheid van de werknemers inzake alle met de arbeid verbonden aspecten en voert daartoe een beleid dat is gericht op zo goed mogelijke arbeidsomstandigheden,… |
Artikel 3. lid 2. |
De werkgever voert, binnen het algemeen arbeidsomstandighedenbeleid, een beleid gericht op voorkoming en indien dat niet mogelijk is beperking van psychosociale arbeidsbelasting. |
Artikel 5. lid 1. |
Bij het voeren van het arbeidsomstandighedenbeleid legt de werkgever in een inventarisatie en evaluatie (RI&E) schriftelijk vast welke risico's de arbeid voor de werknemers met zich brengt… |
Artikel 5. Lid 3. |
Een plan van aanpak, waarin is aangegeven welke maatregelen zullen worden genomen…, maakt deel uit van de risico-inventarisatie en -evaluatie. |
Artikel 3. Lid 4. |
De werkgever toetst het arbeidsomstandighedenbeleid regelmatig aan de ervaringen die daarmee zijn opgedaan en past de maatregelen aan… |
Artikel 8. Lid 1. |
De werkgever zorgt ervoor dat de werknemers doeltreffend worden ingelicht over de te verrichten werkzaamheden en de daaraan verbonden risico's, alsmede over de maatregelen die erop gericht zijn deze risico's te voorkomen of te beperken. |
Artikel 8. Lid 2. |
De werkgever zorgt ervoor dat aan de werknemers doeltreffend en aan hun onderscheiden taken aangepast onderricht wordt verstrekt met betrekking tot de arbeidsomstandigheden. |
Artikel 9. |
Melding en registratie van arbeidsongevallen en beroepsziekten. |
Arbobeleid voor Normen voor tillen en dragen
De Arbowet kent geen specifieke eisen over hoeveel een werknemer mag tillen. De last mag echter geen gevaar opleveren voor de veiligheid en of de gezondheid van de werknemer (Arbobesluit 5.2). Tillen en dragen moet in de risico-inventarisatie en -evaluatie opgenomen zijn en afhankelijk van het risico bestreden worden via een plan van aanpak. In een toelichting op het Arbobesluit wordt verwezen naar de NIOSH-methode die kan worden gebruikt om te berekenen wat het maximale tilgewicht is onder bepaalde omstandigheden (zie hieronder).
Aandachtspunten tillen en dragen
Werkgevers kunnen veel maatregelen treffen om veiliger te tillen en te dragen:
- laat werknemers niet onnodig tillen - gebruik zo veel mogelijk hulpmiddelen, zoals heftrucks, laadkleppen plus karren en steekwagens met een hefinrichting;
- verkort de loopafstanden tussen de locaties door de logistiek aan te passen;
- zorg ervoor dat er geen obstakels in de weg staan;
- laat tilwerk afwisselen met andere taken;
- geef bepaalde objecten handvatten, zodat in ieder geval de grip verbetert;
- plaats bij zware objecten de handvatten het liefst op heuphoogte en zeker niet op vloerniveau; en
- laat werknemers werkhandschoenen gebruiken en schoenen met stroeve zolen en stalen neuzen - deze geven beter grip en beschermen de tenen als de last valt.
Ook werknemers zelf moeten goed op hun manier van tillen letten:
- til altijd met twee handen en zorg ervoor dat beide voeten op de vloer staan;
- sta recht voor het voorwerp – voorkom dat de rug moet draaien;
- sta dicht bij het voorwerp – voorkom dat de armen ver moeten reiken, hou de last zo veel mogelijk tegen de buik;
- betrek collega’s bij het tilwerk;
- til niet te veel tegelijk - het is verstandiger om twee keer te lopen;
- til zware lasten tussen knie- en schouderhoogte;
- neem genoeg pauze om vermoeidheid te voorkomen; en
- luister naar het eigen lichaam - forceer niets bij klachten.
Voor meer informatie ga naar:

Maak jouw eigen website met JouwWeb